Boek 1 – Hoofdstuk 4 SAMENVATTING BIJ BOEK 1 – HOOFDSTUK 4

Hoofdstuk 4: Muziek en beeldhouwkunst

btn opener Afgezien van de wiskundig-natuurwetenschappelijke voorstellingssferen, komt het wereldgevoel van de hogere mens het duidelijkst naar voren in de beeldende kunsten, waaronder Spengler ook muziek schaart. Schilderkunst, beeldhouwkunst en muziek dienen niet als afzonderlijke domeinen te worden begrepen. Kunsten onderscheiden zich wat betreft vorm en per cultuur, niet wat betreft het zintuig waarop ze aansluiten. ‘De afstand tussen twee soorten schilderkunst kan oneindig veel groter zijn dan...

§ 2

Spengler wijst erop dat het begrip ‘vorm’ hier een grotere reikwijdte krijgt. De ‘vorm’ in hoogste zin betreft niet alleen het technische instrument en de vormentaal, maar ook de keuze van een kunstgenre zelf. In de grote kunstscheppingen van een cultuur wordt niet alleen een individueel hoofdwerk gemaakt, maar ook een nieuw kunstgenre geschapen. Kunsten zijn overeenkomstig culturen op zichzelf staande organismen. (Ook voor dit inzicht vormde het historische model van oudheid – middeleeuwen...
btn opener Alle grote kunsten beginnen met een grote architectuur, conform het oersymbool van hun cultuur. De antieke bouwkunst begint van buiten. De faustische van binnen ‘dwars door de muren heen’ naar het grenzeloze heelal. De magische bouwkunst beschermt met haar koepelbouw een geheim van binnen. De apollinische beeldhouwkunst wordt onterecht ‘dé beeldhouwkunst bij uitstek’ genoemd: ze is een kunst zonder ruimtebegrip en moet opgevat worden als het ‘onafgebroken werk aan de voltooiing van een...