Laat ik met een bekentenis beginnen: tot voor kort ben ik altijd met een heel grote boog om Oswald Spengler heengelopen. Dat heeft twee concrete oorzaken. In de eerste plaats heb ik wijsbegeerte in Utrecht gestudeerd en daar deden we nauwelijks iets aan continentale filosofie. Het was bij ons antieke wijsbegeerte en Descartes en Spinoza wat de klok sloeg. Daarnaast kregen we syllabi vol taalfilosofen voorgeschoteld, met daarin teksten van Frege, Russel, Wittgenstein, Tarski en Dummet....